De Prakkehof
Carbid schieten oudejaarsdag
Oogstfeest 2018
Lagere school Meppen ca. 1905
Timmerwerkplaats Frensenhoes
De Palms
Fietsknooppunt 69
Mepperveld mei 2017

De geschiedenis van Zweeloo gaat feitelijk over de vijf dorpen van deze voormalige gemeente. Het ''oude'' gemeentewapen van Zweeloo duidt op de zeer lange bewoningsgeschiedenis en de vroege vestiging van het christendom. De oudst bekende sporen van mensen zijn hier gevonden uit de tijd van plm. 7.000-3.000 voor onze jaartelling. In het grafveld van de ''Hoge Hof'' bij Aalden en onder Meppen heeft men namelijk vuurstenen gereedschappen gevonden van het Jagersvolk. Messen schrabben en priemen voor de bewerking van huiden. Zij woonden in gemakkelijk verplaatsbare tenten van dierenhuiden. Vanaf ongeveer 3.500 v.Chr. trok de boerenbevolking Drenthe binnen. Ze worden onder diverse namen genoemd: Trechterbrekers, Huun of Hunebedbouwers.
Te Aalden in hetzelfde grafveld van de ''Hoge Hof'' heeft men hun aardewerk gevonden. Ze kwamen uit het oosten. Zij voerden nieuwe technieken in en een nieuwe economie, een nieuwe basis van het bestaan, namelijk de landbouw. Ze begonnen met het aanleggen van graanakkers, het houden van koeien en in elk geval vanaf 2500 v.Chr. ook de ons nog bekende Drentse heideschapen. Deze voorouders zullen een taal hebben gesproken met veel woorden over graanverbouw en het houden van vee. Ze vermengden zich met het oude Jagersvolk. De heidevelden zijn in die tijden ontstaan.

Bemestingsmethoden werden geleidelijk ontwikkeld en rond 1500 v.Chr. werd daardoor permanente bewoning in esdorpen mogelijk. De plaats van het esdorp werd zorgvuldig uitgekozen ten opzichte van beek en graanakkers. Die vaste bewoning loopt door tot de dag van vandaag, zodat de boerderijen van nu zo ongeveer bovenop die van 3500 jaar geleden liggen. De oude dorpsnamen zullen in die tijden zijn ontstaan: Möppen, A-lede, Bonnevelde, Wesepe en Suole.
Het geheel duidt op een grote mate van continuïteit in de taal. Taal, gebruiksvoorwerpen en religie pasten zich aan aan de omstandigheden en de tijd waarin men leefde.
Er is een grote mate van continuïteit in bewoning. Ook de oude begraafplaatsen duiden hier op, hoewel de vondsten veel minder volledig zijn dan het aantoonbare gebruik van de akkers.


Uit de begraafplaats in Aalden zijn 33 vondsten beschreven, waaronder:
- hunebeddenaardewerk (3500 - 2500)
- vuurstenen, schrabbers (2500 - 2000_
- tempeltjes, sieraden, wapens (270 - 400)
- Saksisch aardewerk (270 - 400)
- geelkleurige glazen beker (400 - 500)
- en natuurlijk ''de strieder'' met schild en speer, uit 400.

Tweederde van de begraafplaats is nog niet onderzocht. Het grafveld is tot ongeveer 800 in gebruik gebleven. Het ''Veenlijk van het Grebbeveen'' bij Zweeloo is ongeveer 2000 jaar oud. Op de oude begraafplaats in Zweeloo, schuin tegenover de huidige kerk, zijn meer dan 110 graven gevonden, waaronder het beroemde graf van de prinses van Zweeloo . De prinses was gekleed in inlandse kleding en droeg sieraden uit het buitenland.
In de opgravingsverslagen lezen we daarover:
- parels, groene spitsbeker, paardengraven en veel rijengraven 380 - 800 n.Chr.
- door zandwinning was echter een deel van deze begraafplaats al eerder verloren gegaan.

Ook in Meppen kennen we een grafveld en bovendien de beroemde ''bronzen emmer''. Deze bronzen emmer stamt uit de periode 2000 - 1000 v.Chr.
De andere Zweeler dorpen, Benneveld (2000 jaar oude beker) en Wezup hebben waarschijnlijk ook zulke oude begraafplaatsen gehad; die zijn echter door landontginning in de vorige eeuw vernietigd. Rond 780 n.Chr. begint het christendom op gang te komen. Het gemeentewapen van Zweeloo symboliseert dit met een liggend kruis met slangenkoppen, over het hier gevonden kringurnenveld uit de hunebedbouwerstijd.

Vanaf circa 800 na Christus stopt het gebruik van de oude begraafplaatsen. De Frankische legers komen in deze streek en voeren het christendom volledig in.
Er werden houten kerken gebouwd op de oude heilige plaatsen en de doden moeten bij de kerk worden begraven. De speciale ''Rheewegen'' ontstaan: wegen waarlangs de doden naar de kerk van Zweeloo werden gebracht: Noord Sleen - Zweeloo, Oosterhesselen - Zweeloo, Wezup - Zweeloo, Meppen - Zweeloo, Benneveld - Zweeloo.
Na de eerste invoering van het christendom kwam er een periode van verval. Hierin kwam verandering toen bisschop Radbod van Utrecht tussen 900 en 917 de invloed van de kerk in Drenthe herstelde. Waarschijnlijk is toen in Zweeloo een nieuwe houten kerk gebouwd.
In de kern van Zweeloo is een eikenhouten waterput gevonden uit 936. Uit de graanbelastinglijsten weten we dat Zweeloo in 944, 4 boerderijen had, Benneveld 5, Aalden 6, Meppen 4 en Wezup 7.

In 1252 werd in Zweeloo een stenen kerk gebouwd op de plaats van de vroegere houten kerk. Deze kerk staat er nu nog en vierde in 2002 het 750 jarig jubileum en wordt beschouwd als het belangrijkste religieuze en cultuurhistorische monument. De geschiedenis van deze kerk kunt u lezen in het boekje ''Het dertiende eeuwse kerkje van Zweeloo''. Dit boekje is uitgegeven door de Historische Vereniging Zweeloo ter gelegenheid van het jubileum.